‘Pensionering biedt meer kansen voor financiële ademruimte voor kwetsbaren’
Uit onderzoek van onder andere hoogleraar economie Marike Knoef van Tilburg University blijkt dat pensionering voor financieel kwetsbare Nederlanders een positieve gebeurtenis is in hun financiële situatie. Het percentage mensen met schulden halveert na pensionering. “Het is hoopgevend om te zien dat juist de meest kwetsbare groepen het sterkst profiteren van pensioeninkomen. Dat laat zien dat sociale zekerheid echt verschil maakt”, aldus Knoef.
Wat zijn de belangrijkste bevindingen van het onderzoek?
Knoef: “We zagen door middel van de transactiedata die we mochten analyseren van een grote Nederlandse bank dat uitgaven niet sterk veranderen, maar dat schulden juist fors afnemen. Dat effect is vooral zichtbaar in de maand waarin mensen met pensioen gaan. Op dat moment konden wij constateren dat er vaak extra inkomen binnenkomt en dat dit wordt gebruikt om schulden af te lossen. We zien vaker dat mensen schulden aflossen op momenten waarop er tijdelijk wat extra geld beschikbaar komt, zoals bij het ontvangen van vakantiegeld. Dat duidt erop dat huishoudens over het algemeen wel willen aflossen, maar daarvoor de ruimte missen.”
Vooral financieel kwetsbare groepen lijken te profiteren van die verandering, hoe is dit te verklaren?
“Voor mensen die het vlak voor hun pensioen moeilijk hebben, bijvoorbeeld door werkloosheid of arbeidsongeschiktheid, is de overgang naar een stabiel pensioeninkomen een groot verschil. In de data konden we zien wie afhankelijk was van een UWV-uitkering, en juist bij die groep namen de schulden sterk af. Pensionering biedt voor hen letterlijk ademruimte. Ze krijgen op het moment van pensionering relatief veel inkomen en kunnen daardoor schulden sneller wegwerken.”
Wat betekenen deze bevindingen voor organisaties die kredietrisico’s en schulden registreren, zoals Stichting BKR?
“De patronen die wij zien in transactiedata zullen ook in registraties zichtbaar zijn. Het moment van pensionering brengt duidelijk een positieve inkomenspiek. Het is goed om dat soort levensloopmomenten te herkennen, omdat ze laten zien dat financiële kwetsbaarheid niet vaststaat. Mensen kunnen juist door veranderingen in hun inkomen of levensfase financieel gezonder worden.”
Welke lessen kunnen beleidsmakers en financiële instellingen hieruit trekken?
“Een belangrijke les is dat de timing van inkomen ertoe doet. Mensen hebben moeite om hun geld gelijkmatig over de maand of het jaar te verdelen. Een inkomenspiek zoals bij pensionering of vakantiegeld leidt direct tot aflossing. Dat suggereert dat het aantal betaaldagen of tools die mensen helpen hun budget beter te spreiden kunnen bijdragen aan meer financiële rust. Daarnaast zien we dat mensen na pensionering niet ‘ontsparen’, maar juist blijven sparen. Dat is interessant, want economisch gezien zouden ze hun vermogen mogen gebruiken om van te leven. Mogelijk vinden veel mensen het belangrijk om financiële zekerheid te behouden of iets achter te laten.”