

Financiële gezondheid: de stand van zaken
Recent onderzoek van Deloitte toont aan dat de financiële gezondheid van Nederlandse huishoudens licht verbeterd is ten opzichte van vorig jaar. Tegelijkertijd lijken meer mensen op zoek naar tools om juist die gezondheid te checken en inzicht te krijgen in de financiële situatie. De Geldfit-test is er daar één van en die wordt steeds meer bezocht. Het Nibud (Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting) doet periodiek onderzoek naar het rondkomen en ervaren van geldzorgen in Nederland en heeft daarnaast de Financiële GezondheidsCheck. Nouschka Veerman is wetenschappelijk medewerker bij Nibud. Zij vertelt over de stand van zaken van de financiële gezondheid van Nederlanders.
Uit het jaarlijkse rapport van Deloitte, waar Nibud ook aan meewerkt, blijkt dat de financiële gezondheid van Nederlanders licht is verbeterd ten opzichte van vorig jaar. Komt dat overeen met andere onderzoeken?
Veerman: “We doen veelvuldig onderzoek of mensen goed rond kunnen komen, onder verschillende doelgroepen. Uit de Geldfit-test van Wijzer in Geldzaken blijkt dat een derde van de deelnemers moeite heeft met rondkomen en die cijfers komen ook in onze onderzoeken naar voren. De Financiële GezondheidsCheck hebben wij in samenwerking met Deloitte en de Universiteit Leiden ontwikkeld om de financiële gezondheid te meten. Daarin definiëren we financiële gezondheid als meer dan het uitblijven van financiële problemen en kijken we naar de balans in vijf domeinen: inkomen, uitgaven, sparen, lenen en plannen. Deze vragenlijst vormt de basis voor het jaarlijkse rapport van Deloitte. Daarnaast doet het Nibud periodiek onderzoek naar de financiële situatie van huishoudens, en in hoeverre huishoudens kunnen rondkomen. Dat heeft geleid tot het recente rapport Geldzaken in de Praktijk 2024. We zien inderdaad een voorzichtige verbetering ten opzichte van eerdere jaren, maar dat neemt niet weg dat een aantal groepen achterblijft. De inflatie is de afgelopen jaren toegenomen en de lonen stegen niet voor alle groepen even hard mee. Jongvolwassenen, huishoudens met een laag of wisselend inkomen, huurders - dat zijn de groepen die het lastig hebben.”
Is het mogelijk om trends of veranderingen vast te stellen?
“Als we kijken naar bijvoorbeeld inflatiecijfers, werkloosheidscijfers, spaargelden, inkomen, woning- en arbeidsmarkt en de Nibud koopkrachtplaatjes, kunnen we een algemeen beeld schetsen van de situatie van huishoudens en in hoeverre ze kunnen rondkomen. Toch blijft het lastig om te bepalen of er trends zijn in geldzorgen. In ons recente Geldzaken in de Praktijkonderzoek, kijken we meer naar de frequentie van ervaren geldzorgen. Dus: altijd, soms, nooit of iets daar tussenin. Dat is enigszins subjectief, maar geeft wel een beeld dat geldzorgen een duidelijk signaal kunnen zijn. Dit zijn namelijk dezelfde groepen die aangeven moeilijk(er) rond te komen. Het is een trend dat deze groepen het moeilijk(er) blijven hebben, naast het algemene voorzichtige beeld dat meer mensen aangeven makkelijk(er) rond te komen.”
Zie je dat de verschillen tussen deze groepen en andere groepen groter worden?
“Volgens het Deloitte-onderzoek zijn de verschillen in financiële gezondheid tussen bepaalde groepen wat groter geworden, bijvoorbeeld tussen mannen en vrouwen, waarbij mannen een grotere vooruitgang laten zien. Hoewel ook jongvolwassenen over het algemeen financieel gezonder zijn ten opzichte van vorig jaar, blijft dit wel de leeftijdsgroep die vaker financieel ongezond of kwetsbaar is. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor alleenstaanden. Kijken we naar geldzorgen en betalingsproblemen, dan is dat moeilijker vast te stellen op basis van de vragenlijsten die we uitzetten. We kunnen zaken als inkomen en opleiding en woonsituatie vergelijken. Dat geeft verschillen, maar hoe groot die daadwerkelijk zijn blijft moeilijk te peilen. ”
Wat kan het nieuwe kabinet doen om zaken te verbeteren?
“In dat kader is het interessant om te kijken naar onze analyse van het hoofdlijnenakkoord van het nieuwe kabinet. Het akkoord biedt wel mogelijkheden voor een toekomstbestendig beleid om de bestaanszekerheid te verbeteren. Maar veel maatregelen lijken vooral incidenteel en er ontbreekt een structurele aanpak van bestaanszekerheid. Zo bieden de plannen geen structurele oplossing om de afhankelijkheid van huishoudens van regelingen te verminderen. De verlaging van het eigen risico lijkt een goede manier om uitgaven te verlagen, maar zorgt er ook voor dat de zorgpremies omhooggaan. Het zou mooi zijn als het nieuwe kabinet een stevige basis voor inkomensondersteuning kan bieden.”