

DNB: ‘Minder leningen verstrekt door overige financiële intermediairs’
In augustus van dit jaar kondigde De Nederlandsche Bank (DNB) aan dat de omvang van het aantal kredietverleningen door overige niet-bancaire financiële intermediairs (OFI’s) de afgelopen twee jaar is afgenomen. Enrico Vroombout en Eric Klaaijsen, beiden senior beleidsmedewerker en econoom bij DNB, vertellen meer over deze ontwikkeling.
Terugloop in verleend krediet
De overige niet-bancaire financiële intermediairs houden zich bezig met de verlening van hypotheken, consumentkredieten en zakelijke leningen voor zowel huishoudens als het mkb. De sector bestaat uit securitisatievehikels (SPV’s), gespecialiseerde financieringsmaatschappijen en reguliere financieringsmaatschappijen. Vroombout duidt het onderscheidt in de sector als volgt: “Reguliere en gespecialiseerde financieringsmaatschappijen spelen een vergelijkbare rol als banken; ze verstrekken hypotheken en leningen aan huishoudens en het mkb, maar zijn vaak dochters van banken zonder een bankvergunning. SPV’s zijn entiteiten die ook vaak opgericht worden door banken. Zij verstrekken daarentegen geen rechtstreekse hypotheken, maar nemen hypotheken over van banken of andere partijen om die weer de ruimte te geven voor nieuwe leningen.”
Bij deze SPV’s is de grootste terugloop in verstrekt krediet te zien. DNB constateert dat het overgenomen krediet door deze aanbieders is teruggelopen van €175 miljard in het eerste kwartaal van 2022 naar €135 miljard in het eerste kwartaal van 2024. De kredietverlening door gespecialiseerde financieringsmaatschappijen (zoals vastgoed- en private-equitybedrijven) is in diezelfde periode gedaald van €17 miljard naar €10 miljard. Bij reguliere financieringsmaatschappijen is het verleende krediet gelijk gebleven met een bedrag van €107 miljard.
Heroriëntatie
De daling van verstrekt krediet door OFI’s komt door verschillende factoren. Door allerlei financiële ontwikkelingen in het heden en verleden, zien Vroombout en Klaaijsen dat partijen als banken, die gebruikmaken van SPV’s, zich aan het heroriënteren zijn. “Mede door economische ontwikkelingen is het gebruik van SPV’s voor het overnemen van kredieten afgenomen. Tijdelijke speciale kredietfaciliteiten van de Europese Centrale Bank (ECB) voor banken maakten het voor hen aantrekkelijker om financiering van de ECB aan te trekken. Daarnaast gaven banken zelf beduidend meer gedekte obligaties met onderpand van woninghypotheken uit vanwege lagere financieringskosten”, aldus Vroombout.
Vervolgonderzoek
Ondanks de vastgestelde daling van kredietverstrekking door OFI’s, wordt er nog onderzoek gedaan naar de stand van zaken van kredietverlening op het gebied van het mkb. Klaaijsen vertelt: “We zijn samen met Stichting MKB Financiering bezig met een diepgaand onderzoek om een beter beeld te krijgen van leningen die specifiek aan het mkb worden verstrekt. Hoewel we bij grotere partijen een daling in kredietverlening zien bij OFI’s, kan het in bepaalde segmenten, zoals bij het mkb, juist anders zijn.” De publicatie van dit onderzoek door DNB en Stichting MKB Financiering wordt verwacht in de loop van 2025.