"Artikel"

Als lector Schulden en Incasso bij Hogeschool Utrecht, houdt Nadja Jungmann zich dagelijks bezig met de vraag ‘hoe financiële problematiek ons dagelijks leven beïnvloedt en hoe armoede en schuldenproblematiek ontregeld kunnen worden’. Het Nederlandse schuldhulpverleningsstelsel wordt volgens haar steeds effectiever, maar er is meer nodig om de coronacrisis het hoofd te kunnen bieden.

“Niemand kan overzien hoe stevig de schuldenproblematiek gaat toenemen”, schreef Jungmann in mei 2020 in een bijdrage aan ‘De aanpak van de schuldenproblematiek’, een gezamenlijke uitgave van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) van het ministerie

van Justitie en Boom Juridisch. “Wel is nu het moment om maximaal in te zetten op tijdelijke coronamaatregelen, coördinatie van alle wetgevingstrajecten, experimenten, initiatieven en monitoring van de ontwikkeling van de schuldenproblematiek.”

‘Hoe de onvrede over het schuldhulpstelsel ontstond’ luidde de titel van uw bijdrage. Is het zo erg?
Jungmann: “Laat ik vooropstellen dat er de laatste jaren al veel is verbeterd. Het belang van vroegsignalering wordt bijvoorbeeld alom onderkend. Een wetswijziging heeft ertoe geleid dat gemeenten het vanaf begin volgend jaar toe moeten passen, al dan niet gebruikmakend van het door Stichting BKR ontwikkelde informatiesysteem ‘Vindplaats van Schulden’. Daarnaast zijn er goede initiatieven om de lange doorlooptijden binnen schuldhulpverleningstrajecten te versnellen. Er is veel in positieve zin verbeterd. Maar dat neemt niet weg dat ik me grote zorgen maak over de verwachte toename van het aantal mensen met problematische schulden.”

Door de wijziging van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) krijgen gemeenten huishoudens met schulden straks eerder in beeld, toch?
“Ja, maar daarmee ben je er niet. Vooral bij gemeenten die het financieel toch al zwaar hebben, ontbreken de middelen om de schuldhulpverlening op te schalen. Voor alles hoop ik dat we van de vorige crises hebben geleerd. Het Rijk stelde toen extra geld beschikbaar voor het opschalen van de gemeentelijke schuldhulpverlening, maar draaide de kraan dicht zodra de economie begon aan te trekken. En dat terwijl het aantal schuldhulpverleningsaanvragen daarna nog lange tijd bleef toenemen, met alle gevolgen van dien.”

Dus: ook als de coronacrisis straks voorbij is, moet het Rijk extra middelen blijven vrijmaken voor gemeentelijke schuldhulpverlening?
“Niet te vroeg stoppen, dat is dé les die we tijdens de kredietcrisis hebben geleerd. Daar komt bij dat de doorlooptijden te lang zijn, mooie initiatieven als collectief schuldregelen ten spijt. Het duurt simpelweg  te lang voor mensen in een schuldhulpverleningstraject zitten. Hoe de doorlooptijd korter kan? Daarvoor moet aan heel veel knoppen worden gedraaid, bijvoorbeeld op het gebied van wet- en regelgeving. Ik wil benadrukken dat de te lange doorlooptijden geen onwil zijn van de schuldhulpverlenende instanties. Zij lopen nu nog tegen te veel wettelijke en psychische grenzen aan.”

Wat is het grootste verschil tussen de huidige coronacrisis en de kredietcrisis van 2008-2012?
“Er zijn zeker overeenkomsten, maar een van de grote verschillen is dat nu vooral zzp’ers hard worden geraakt. Het aantal schuldhulpverleningsaanvragen stijgt nog niet. Maar dat er vaker een beroep wordt gedaan op voedselbanken en er een grotere instroom is in de bijstand en de WW is een veeg teken. Er zit een grens zit aan de inkomensondersteuningsmogelijkheden van de overheid. Mijn inschatting is dus dat steeds meer mensen hun inkomen de komende tijd structureel zien dalen tot onder de hoogte van hun gezamenlijke lasten. Dat is zorgelijk, omdat het schuldhulpverleningsstelsel daar niet op berekend is.”

Waarom niet?
“Voorwaarde voor schuldhulpverlening is dat het inkomen hoger is dan de vaste lasten. Als dat niet meer het geval is, kan het een oplossing zijn om de woonlasten te verlagen. Dit kan door te verhuizen naar een regio met lagere huizenprijzen. Voor veel mensen is dat geen optie, al was het maar omdat de Nederlandse woningmarkt behoorlijk op slot zit. Ik weet dat gemeenten al genoeg op hun bord hebben, maar ik denk dat ze na moeten gaan denken over een regeling die voorziet in tijdelijke woonlastencompensatie voor mensen die met zo’n forse inkomensdaling worden geconfronteerd.”

Over Stichting BKR

Stichting BKR beheert alle kredietgegevens in Nederland, waardoor kredietverstrekkers op basis van de actuele situatie de juiste kredietbeslissing kunnen nemen. Zo voorkomen we dat consumenten meer lenen dan hun portemonnee toelaat en beschermen we het financiële welzijn van heel Nederland. Kredietverstrekkers zijn verplicht elke lening die zij verstrekken aan te melden bij Stichting BKR. Al die informatie slaan we op in een database zodat er een overzicht is van alle leningen in Nederland en hoe de Nederlanders afbetalen. Naast het beheren van kredietgegevens richt Stichting BKR zich in bredere zin op het voorkomen van problematische schuldsituaties, fraudepreventie en het beperken van financiële risico’s bij kredietverlening. Stichting BKR heeft geen winstoogmerk en bestaat sinds 1965.

Over Stichting BKR
Hoe behulpzaam vond je deze pagina?
Bedankt voor je feedback
Er is iets fout gegaan, probeer het opnieuw.